Boek 1 post 32: pagina 528 - 543
Vandaag de derde ziektegeschiedenis, de casus van Miss Lucy R - uit het boek Studies over Hysterie.
(Voor wie het hoofdstuk in het geheel in het Engels wil lezen - deze is hier online te vinden).
Deze casus is die van een 30-jarige Engelse vrouw, die als gouvernante bij een fabrieksdirecteur woonde en werkte. Zij bezocht in 1892 gedurende negen weken het spreekuur van Freud alwaar hij haar behandelde. Deze casus is wat betreft symptomatologie niet zo uitgebreid als de vorige twee, maar Freud doet hierin wel verslag van een andere techniek dan hypnose, te weten de druktechniek , waar hij een niet gering aantal pagina's over uitweidt.
Muziek: Impromptu nr 3 van de Weense componist Franz Schubert (1797-1828)
gespeeld door Vladimir Horowitz.
Miss Lucy R had last van chronische rinitis (ontstoken neus) maar haar arts verwees haar naar Dr. Freud omdat zij een nieuw symptoom had dat los van de aandoening zou staan. Er was meer aan de hand. Ondanks dat zij geen geuren meer kon waarnemen werd zij achtervolgd door één of twee subjectieve en onaangename geursensaties. Haar stemming was tevens depressief. Freud duidde de geursensaties als hallucinaties (en dus als hysterische symptomen) die hij terug wilde leiden naar het moment dat ze ontstaan waren. De geur die zij steeds rook was die van aangebrande pudding. Dit nam Freud als vertrekpunt van de behandeling. Toen hij haar onder hypnose probeerde te brengen lukte dit echter niet en zag hij af van deze methode. De analyse voltrok zich in het gewone, wakende bewustzijn.
Freud blikt vervolgens terug op zijn tijd die hij in 1889 bij Bernheim in Nancy doorbracht en waar hij het hypnotiseren deels leerde. Hij was echter minder succesvol dan Bernheim in deze techniek en ondervond al snel dat slechts een gering percentage van zijn patiënten onder hypnose te brengen was. Freud beschrijft dat hij het hypnotiseren al vrij snel beu was wanneer het niet lukte en vooral de discussie met de niet-in-slaap-vallende patiënt wilde voorkomen.
"Wanneer dus de eerste poging geen somnabulisme of geen graad van hypnose met duidelijke lichamelijke veranderingen opleverde, liet ik de hypnose schijnbaar vallen, verlangde alleen 'concentratie' en gelastte de patiënt op zijn rug te liggen en zijn ogen willekeurig te sluiten als middel om die 'concentratie' te bereiken. Daarbij heb ik wellicht met weinig inspanning de diepst haalbare graden van hypnose bereikt." (p. 530)
Maar hoe kan de patiënt, zonder onder hypnose te zijn, toegang krijgen tot herinneringen waar hij in de gewone bewustzijnstoestand geen vrije toegang toe heeft? Freud herinnert zich hier een andere les van Bernheim:
"Uit deze nieuwe verlegenheid redde mij de herinnering dat ik Bernheim zelf het bewijs had zien leveren dat de somnabule herinneringen in waaktoestand alleen schijnbaar waren vergeten en dat ze zich door zachte aansporing, gecombineerd met een handdruk die een andere bewustzijnstoestand moest markeren, weer tevoorschijn lieten roepen." (p. 531)
Hij legt vervolgens uit hoe hij met deze druktechniek te werk ging (p.531-532):
"Ik besloot uit te gaan van de premisse dat mijn patiënten alles wat van enige pathogene betekenis kon zijn, ook wisten en dat het er alleen om ging hen tot mededeling te dwingen. Als ik dus op een punt was gekomen waar ik op de vraag: 'Sinds wanneer hebt u dit symptoom?' of 'Waar komt het vandaan?' het antwoord kreeg: 'Dat weet ik niet', dan ging ik als volgt te werk. Ik legde mijn hand op het voorhoofd van de patiënten of nam hun hoofd tussen mijn beide handen en zei: 'Het zal u nu onder de druk van mijn hand invallen. Zodra ik met drukken ophoud, zult u iets voor u zien of zal iets u als inval door het hoofd schieten, en dat pakt u op. Het is wat wij zoeken. - Nu, wat heb u gezien of is u ingevallen?' Toen ik deze methode de eerste keren toepaste (...) was ik zelf verbaasd dat ze mij precies leverde wat ik nodig had, en ik mag zeggen dat de methode mij sindsdien bijna nooit in de steek heeft gelaten (...). Ik werd allengs zo driest [=brutaal/dapper] dat ik de patiënten die antwoordden: 'Ik zie niets' of: 'Mij is niets ingevallen', uitlegde dat dat niet mogelijk was. Dat ze zeker het juiste hadden ervaren, alleen niet geloofden dat het dat was, en het dus verworpen. Ik zou de procedure herhalen, zo vaak ze maar wilden, ze zouden steeds hetzelfde zien. (...) Soms ook kreeg ik, wanneer ik de mededeling na drie of vier keer drukken had afgedwongen, het antwoord: 'Ja, dat wist ik de eerste keer al, maar juist dat wilde ik niet zeggen', of: 'Ik hoopte dat dat het niet zou zijn.' "
Freud noemt wel dat deze methode om het 'vernauwde bewustzijn te verruimen' veel lastiger werkte dan de hypnose. Maar het bood wel de kans om zonder hypnose toch inzicht te krijgen in de motieven die voor het 'vergeten van een herinnering' doorslaggevend waren. Uit het feit dat het ook met toepassing van de druktechniek lukt om tot de vergeten herinneringen toegang te krijgen,concludeert hij dat het vergeten meestal een beoogd, een gewenst vergeten is (een schijnbaar gelukt vergeten). De therapeut kan hierbij gebruik maken van het feit dat het voor een mens veel makkelijker is om iets te herkennen (en zich het dan te herinneren) dan zich iets spontaan voor de geest te halen. Zo kan men bijvoorbeeld als het gaat om data of getallen suggesties geven (b.v. jaartallen opnoemen, maanden en dagen opnoemen) waarbij de patiënt zal voelen welke maand of getal de juiste is en dit kenbaar maakt, erop zal reageren wanneer de juiste datum genoemd wordt.
"De conclusie die ik uit al deze ervaringen trok, was dat de uit pathogeen oogpunt belangrijke ervaringen met al hun bijkomende omstandigheden getrouw door het geheugen worden vastgehouden, ook wanneer ze vergeten lijken, wanneer de patiënt het vermogen mist om zich deze ervaringen voor de geest te halen." (p. 533)
Het geval van Lucy R handelt Freud op dezelfde wijze af. De geur van verbrande pudding leidde onder enige druk van Freud terug naar een voorval met de kinderen van de directeur die zij onder haar hoede had. Maar omdat dit volgens Freud niet de pathologische factor kon zijn drong hij verder aan waar deze voorvallen haar nog meer aan deden denken. Freud bespeurde op een gegeven moment dat zijn patiënte mogelijk iets in het vage hield, dat ze iets bewust probeerde te vergeten. Hij legde haar een gedurfde suggestie/duiding voor, namelijk dat zij in het geheim verliefd zou zijn op haar werkgever, haar huisbaas, en dat zij bang was dat het andere personeel van de heer hier gehoor van zou krijgen.
"Zij antwoordde op de bondige manier die haar eigen was: 'Ja, ik geloof dat het zo is.' - Als u wist dat u van de directeur [= haar werkgever] hield, waarom hebt u het mij dan niet gezegd? - 'Ik wist het niet, of liever, ik wilde het niet weten, wilde het uit mijn hoofd zetten, er nooit meer aan denken, dat is me de afgelopen tijd, geloof ik, ook gelukt.' " (p. 537)
Freud legt nog uit dat dit voorbeeld van een 'verworven' hysterie (i.p.v. een chronische hysterie) ondanks de weinige symptomen wel degelijk een hysterie was. Er vindt evenzeer een splitsing van het bewustzijn plaats en dit tafereel heeft een gewild, een opzettelijk karakter. Het individu wil graag een voorstelling opheffen, uit zijn geheugen bannen dat het lijkt alsof ze er nooit is geweest. Maar het slaagt er slechts in haar psychisch te isoleren - waarbij het zich converteert naar een lichamelijk symptoom (de gehallucineerde geursensatie in dit geval).
Freud gebruikte de druktechniek in de periode dat hij ook hypnose gebruikte, ongeveer tussen de jaren 1887-1896. Bij het lezen van hoe hij deze druktechniek toepaste kan het haast niet anders dan soms de vraag te stellen of hier een charlatan aan het werk was, of dat mensen in die tijd simpelweg sterker beïnvloedbaar waren, minder sceptisch tegenover suggestieve gestes. De methode lijkt namelijk soms meer op een dwangtechniek. Freud drong bijvoorbeeld behoorlijk aan wanneer een patiënte niets antwoordde en gebood dan dingen als: dat doet er niet toe, u zult het zich toch herinneren - zegt u het toch maar etc. Hij vroeg daarbij behoorlijk door op bepaalde gebeurtenissen om steeds verder in de herinneringspaden af te dalen - wat op zich niet vreemd is en effectief kan zijn. Maar de suggestieve vragen doen toch erg opdringerig aan. Het doet de vraag ontstaan of een dergelijke methode niet het gevaar in zich heeft om de patiënt dingen aan te praten.
Comments